Communicatie; je kunt niet niet-communiceren (Watzlawick) en om precies die reden vind ik communicatie zo interessant, ook om aan te bieden als training waarbij ik onderstaand gedicht gebruik als ijsbreker.
Ga je mee, zei Rinus Reiger,
gaan we naar de bioscoop.
‘t Zal niet gaan, zei Theo Tijger,
want mijn staart zit in de knoop.
Een, twee, drie, zei Rinus Reiger,
kijk, nu is de knoop er uit.
Ga je mee? Maar Theo Tijger
zei: Ik heb geen rooie duit.
Dat’s niet erg, zei Rinus Reiger.
Ik heb geld genoeg voor tien.
‘k Heb geen bril, zei Theo Tijger,
zonder bril kan ik niets zien.
Weet je wat, zei Rinus Reiger.
Neem mijn bril, als je die staat.
Zeer bedankt, zei Theo Tijger,
maar we zijn al veel te laat.
‘t Kan nog net, zei Rinus Reiger.
Met de tram, dat gaat heel snel.
Niets daarvan, zei Theo Tijger.
In de tram word ik onwel.
Luister goed, zei Rinus Reiger.
Ga je mee dan op de fiets?
En vertel eens, Theo Tijger,
voel je ‘r wel wat voor of niets?
‘k Heb de film, zei Theo Tijger,
al gezien en ‘k vond hem slecht.
Dat ‘s wat moois, zei Rinus Reiger,
had dat dadelijk gezegd!